X
GAAI

De gaai is een beigebruine vogel met een zwart/witte staart en vooral bekend om zijn blauwzwarte vleugelveren. Hij wordt 50 tot 60 centimeter groot. Oorspronkelijk een bosvogel, is hij nu veel te vinden in parken en stadsranden. Daar maakt hij een nest in eik of beuk, waar het vrouwtje eens per jaar 5 tot 7 eieren in legt. De gaai eet vooral insecten, aangevuld met eieren en jonge zangvogels. In de winter eet hij eikels, beukennoten, mais, fruit en wat verder voorhanden is.  


WAAROM BEHEER NODIG IS

Gaaien komen overal voor waar opgaand struikgewas en bomen zijn, dus ook in groenvoorzieningen in de bebouwde kom. Ze veroorzaken voornamelijk schade aan fruitteelt. Door het aanpikken van fruit kunnen zij in korte tijd belangrijke schade veroorzaken.

 

HOE VOORKOM JE SCHADE

Gaaien zijn altijd op zoek naar eten, zoals fruit, vetbollen en resten etensafval. Verwijder daarom afval en plaats vogelvoer in speciale voedersilo’s. Gaaien houden verder minder van tuinen met lage struiken en meer van hoge bomen. Kijk voor meer informatie over de preventie voor de fruitteelt naar de preventiekit voor kraaiachtigen van het Faunafonds, onderdeel van Bij12.

 

WANNEER PREVENTIE NIET HELPT

De Wet natuurbescherming beschermd de gaai. Het doden is dus verboden. Het is wel toegestaan de vogels te verjagen, wat wil zeggen dat men mag weren om te voorkomen dat gaaien schade veroorzaken aan landbouwgewassen.

 

HET WETEN WAARD

  • De gaai behoort met de ekster roek, kauw, (bonte) kraai en de raaf tot de kraaiachtigen.
  • De wetenschappelijke naam 'Garrulus glandarius' is vrij te vertalen als 'voortdurend krassende eikelzoeker'.
  • Tegenwoordig noemen we de vogel gaai in plaats van Vlaamse gaai.
  • In het najaar verzamelt de gaai eikels en begraaft die in de grond voor noodgevallen.

 

MEER WETEN

- over de aantallen en verspreiding in Nederland: Sovon/gaai

- over algemene informatie over de gaai: Spreekbeurten/vlaamsegaai