X
KRAAI

De zwarte kraai is een grote zwarte vogel van 45 tot 50 centimeter lang. Hij heeft zwarte poten, een krachtige snavel en een afgeronde staart. Hij leeft in de stad en op het platteland, in holle bomen, oude nesten, nestkasten of in schoorstenen. De kraai eet wormen, insecten, fruit, zaden, eieren, kadavers en incidenteel ook zwerfafval. Soms valt hij kleine vogels aan. De kraai is intelligent, zeer sociaal en leeft in paren en kleine groepen. 


WAAROM BEHEER NODIG IS

Kraaien kunnen op het land en in de stad flinke schade aanrichten. Ze pikken gewassen als granen, maïs, bollen, fruit en groenten kapot. De vogels bevuilen gewassen en vernielen plastic dat kuilvoer afschermt. Ze bemachtigen eieren en jagen op jongen van vogels, hazen en konijnen. Binnen de bebouwde kom kan er sprake zijn van geluidsoverlast van kraaiachtigen en overlast door de uitwerpselen. De vogels vallen ook wel eens auto’s aan en beschadigen de lak.

 

HOE VOORKOM JE SCHADE

Kraaien zijn altijd op zoek naar eten als vetbollen en resten etensafval (hoewel minder dan de kauw). Verwijder daarom afval en plaats vogelvoer in speciale voedersilo’s. Voorkom dat de vogels in dakgoten en op schoorstenen nestelen door speciale rooster te plaatsen. Als dat toch is gebeurd, verjaag de kraai metafweer- en verjaagmiddelen. Deze zijn verkrijgbaar bij tuincentra en bouwmarkten. Kraaien nestelen graag in hoge bomen. Ze zijn minder gecharmeerd van tuinen met veel lage struiken. Bij overlast in het buitengebied (binnen het werkgebied van een wildbeheereenheid, WBE) mogen eieren en nesten worden weggenomen. Middelen als vogelverschrikkers, vogelnabootsing met vliegers of ballonnen, angstkreten, knalapparaten en ritselfolie worden ingezet om de vogels te verjagen. Ook het ophangen van dode soortgenoten helpt daarbij. 

Voor de landbouw: schade aan kuilvoer kan voorkomen worden door het aanbrengen van afdekzeilen of netten en door het verwijderen van maïsresten en drijfmest. 

Kijk voor meer informatie naar de preventiekit voor kraaiachtigen van het Faunafonds, onderdeel van Bij12.

  

WANNEER PREVENTIE NIET HELPT

Kraaien mogen in het hele land met het geweer worden gedood om schade aan landbouw en gewassen te voorkomen (landelijke vrijstelling). Daarbij geldt:

  • alleen van zonsopkomst tot zonsondergang, het hele jaar door; 
  • alleen in het buitengebied van Nederland (de werkgebieden van de WBE’s);
  • het Faunafonds keert geen vergoedingen uit bij schade.
Heeft u als bewoner overlast van kraaien of kraaiachtigen, dan kunt u het beste de vogels niet voeren, afval verwijderen en draden spannen of anti-nestelprikkers plaatsen. Binnen de bebouwde kom mogen kauwen worden, verjaagd, gevangen en gedood, maar niet met vangkooien of met het geweer. De mogelijkheden zijn beperkt.
 

De FBE beschikt niet over een ontheffing om kraaien te vangen met een vangkooi. Agrariërs met belangrijke schade kunnen een individuele ontheffing bij de provincie aanvragen. Houdt er rekening mee dat de provincie hiervoor leges in rekening brengt.
 

HET WETEN WAARD

  • De kraai behoort met de (Vlaamse) gaai, roek, ekster, kauw, bonte kraai en de raaf tot de kraaiachtigen.
  • Een paartje kraaien blijft het hele leven bij elkaar.
  • Een kraai kraait niet, maar maakt een krassend geluid.

 

MEER WETEN

- over de verspreiding van de zwarte kraai in Nederland: Sovon/zwarte kraai

- over het jagen op kraaien: Jagersvereniging/de kraaienjacht