X

MINISTER VAN DER WAL KONDIGT STELSELWIJZIGING FAUNABEHEER AAN
06 April 2023

MINISTER VAN DER WAL KONDIGT STELSELWIJZIGING FAUNABEHEER AAN

Op 4 april jl. heeft de Minister voor Natuur en Stikstof, een zogenaamde verzamelbrief soortenbeleid naar de kamer gestuurd. Met deze brief informeert zij de Tweede Kamer over een aantal ontwikkelingen op het gebied van soortenbeleid, waar relevant gekoppeld aan moties van en toezeggingen aan de Kamer. Een niet onbelangrijk deel van deze brief is gewijd aan het onderwerp: Jacht en Faunabeheer. Zo kondigt de Minister in haar brief onder meer een stelselwijziging aan die moet leiden tot een lange termijn perspectief voor jacht en faunabeheer,  een betere rolverdeling tussen Rijk en de provincies en een praktisch en juridisch uitvoerbaar stelsel met duidelijk perspectief voor het faunabeheer op de lange termijn. De huidige regeling, waarbij jacht op konijn landelijk niet geopend is en jacht op haas in drie provincies (w.o. Utrecht) niet geopend is, laat de Minister in stand voor tenminste het komende jachtseizoen.

De Minister streeft aanvullend om toekomstig, naast de NEM-tellingen, ook de tellingen van de WBE’s te kunnen gebruiken voor het bepalen van landelijke trends. De Minister blijft daarbij van mening dat de huidige WBE-tellingen op dit moment niet betrouwbaar zijn om gebruikt te kunnen worden voor het bepalen van landelijke trends. 
Om de onafhankelijkheid in de ontwikkeling van een nieuwe telsystematiek te kunnen waarborgen heeft de Minister de samenwerking opgezocht met de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek en heeft zij aansluitend HBO-instellingen gevraagd een voorstel te doen voor het ontwikkelen van een dergelijke nieuwe telsystematiek. De Minister hecht daarbij groot belang aan een zorgvuldig proces om te komen tot een gedragen telprotocol waarvan de gegevens door alle betrokken partijen als neutraal en correct worden beschouwd. Het nieuwe telprotocol zal op zijn vroegst eind 2025 gereed zijn. 
De Minister geeft in haar brief voorts aan dat zij hoger beroep heeft ingesteld tegen de uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland over de toepassing van de landelijke vrijstelling met betrekking tot het beheer van vossen in Utrecht en heeft zij aanvullend onderzoek laten doen naar de staat van instandhouding van de zes soorten op de landelijke vrijstellingslijst. 

De staat van instandhouding van de Houtduif als broedvogel is in dit onderzoek beoordeeld als matig ongunstig vanwege een afnemende populatietrend. Voor de overwinterende populatie is die beoordeeld als zeer ongunstig vanwege een sterk afnemende populatietrend, een afnemende kwaliteit van het leefgebied en een matig ongunstig toekomstperspectief. De overige landelijk vrijgestelde soorten laten een overwegend gunstige staat van instandhouding zien.
Tot besluit laat de Minister een impactanalyses uitvoeren naar aanleiding van het niet openen van de jacht op het konijn en de houtduif (landelijk vrijgestelde soorten die ook op de wildlijst staan). Daarenboven zal de Minister samen met provincies een aanvullende impactanalyse laten uitvoeren naar de consequenties van het vervallen van de landelijke vrijstelling voor het konijn en de overige soorten van de landelijke vrijstelling. Tegelijkertijd zal de Minister onderzoek laten doen naar de omvang van door alle landelijk aangewezen en vrijgestelde soorten veroorzaakte schade en mogelijke oplossingsrichtingen om de schade te voorkomen of beperken.

Zie voor meer informatie: Kamerbrief stand van zaken soortenbeleid