Op verzoek van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit is de Raad voor Dierenaangelegenheden (RDA) gevraagd om een brede maatschappelijke dialoog te organiseren over de positie van de wolf in Nederland en daarbij te verkennen wat ervoor nodig is om in Nederland samen te leven met de wolf. In de tussenrapportage welke op 29 januari jl. met de Kamer is gedeeld concludeert de RDA het volgende:

• Wolven zijn in Nederland. Het is aan ons om te bedenken hoe we kunnen samenleven met wolven;
• Samenleven met wilde dieren als wolven kan niet worden geregeld met een quick fix. Co-existentie, op welke manier dan ook, is een jarenlang proces dat kennis, voorlichting, onderhoud en investering op lange termijn vraagt;
• De beleefde gevoelens rondom wolven zijn divers. Er leven, naast angst, ook gevoelens als boosheid en verdriet, maar ook nieuwsgierigheid, verwondering, blijdschap en verrukking; 
• Er blijkt nog veel onduidelijkheid te bestaan over de positie van de wolven in de Nederlandse natuur. Bijvoorbeeld over gedrag van wolven in ons dichtbevolkte gebied en de mogelijke gedragsveranderingen door interacties met mensen. Wetenschappelijke informatie is voor mensen niet altijd behulpzaam om zich veilig te voelen en zorgen weg te nemen; 
• Het belang van een gedeelde feitenbasis is zeer belangrijk voor het voeren van een succesvolle dialoog. 

De RDA constateert ook dat we nog pas aan het begin staan van een ingewikkelde opgave: co-existentie tussen mens en wolf in Nederland, op welke manier dan ook, vergt een jarenlang proces. Naast lange termijn investering vraagt dat om een open houding; tussen mens en dier, maar ook tussen mensen onderling. 

De volledige tussenrapportage kunt u HIER lezen.