Afgelopen weekend was het in de Provincie Utrecht weer tijd voor de jaarlijkse reeëntelling. Tijdens deze reeëntelling, die gecoördineerd wordt door de Faunabeheereenheid Utrecht, tellen terreineigenaren, boswachters, jagers en andere vrijwilligers drie keer achtereenvolgens een avond-ochtend-avond via een vaste methode alle reeën die ze zien in een aangewezen gebied.

Gewapend met verrekijker en een telformulier gingen honderden mensen op stap om reeën te tellen. Op het telformulier wordt genoteerd hoeveel reeën er gezien worden, op welke plek de dieren staan en op welk tijdstip ze gezien worden. Indien mogelijk wordt er ook genoteerd of het een vrouwelijk (geit) of mannelijk (bok) dier gaat en of het gaat om een volwassen of jong dier (geit – geitkalf – bok – bokkalf ).

Collega Kim Platjouw ging mee met de boswachters van Utrechts Landschap op de locatie Plantage Willem III. Unieke aan deze plek ten opzichte van de rest van de provincie is dat hier een aantal damherten leven. Tijdens deze reeentelling worden hier daarom ook de damherten geteld. Kim vertelt: ‘We liepen een vaste route door het terrein. Na een tijdje zagen we een ree afpringen. De boswachter vermoedde een bok, maar echt goed zien konden we het niet. Toen de tijd er bijna op zat zagen we ineens een roedel van 23 damherten. Wat opviel was dat het voornamelijk mannelijke exemplaren waren en relatief weinig hindes. Sowieso viel het aantal getelde damherten de boswachters wat tegen. Ze zullen daarom de komende tijd nog nauwlettender in de gaten houden hoeveel damherten ze zien en in welke geslachtsverhouding om een gezonde populatie te houden. 

Collega Hanne Tersmette-Strijland telde samen met 3 andere telkoppels een gebied van circa 60 hectare gelegen in WBE de Schaffelaar. ‘Waar de reeën zich de laatste tijd niet zo goed lieten zien was het de eerste avond meteen raak. In totaal werden  er 15 stuks geteld. Ook de daaropvolgende ochtend telden we totaal 13 stuks.’ 

Alle telgegevens worden verzameld en door de wildbeheereenheden en terreinbeheerders doorgegeven aan de Faunabeheereenheid. O.a. aan de hand van deze jaarlijkse telling wordt een meerjarige trend bepaald. Hiermee houdt de FBE in samenwerking met de provincie zicht op de ontwikkeling van de populatie en kan zo nodig bijsturen indien dat voor bijv. de verkeersveiligheid wenselijk wordt geacht. 

Zodra alle telresultaten binnen zijn zullen deze met jullie worden gedeeld. 
 
Meer weten of wil je een keer mee tellen? Neem dan contact met ons op!