X
BRANDGANS

 

De brandgans valt op door de zwarte hals en borst en daarmee contrasterende witte wangen. Hij wordt 55 tot 70 cm groot en is daarmee kleiner dan andere ganzen. De brandgans komt oorspronkelijk uit koude gebieden in Groenland, Spitsbergen en Noord-Rusland en komt sinds de jaren ’80 ook in Nederland voor. Hij leeft veelal in losse groepjes op akkers en grasland, maar hij zoekt, als nodig, desnoods ook andere plekken zoals moerassen, wadden en verlaten eilandjes op. De brandgans verblijft in groepjes en legt per jaar 4 tot 6 eieren. Hij eet met zijn korte snavel, waar mogelijk, gras en delen van planten.

WAAROM BEHEER NODIG IS

Het aantal brandganzen neemt sterk toe. In een koude winter zijn er meer dan een half miljoen overblijvers in Nederland. Maar ook de wegtrekkende ganzen veroorzaken schade aan (nieuw ingezaaid) grasland en gewassen als zomergraan en (snij)mais. De wet ziet de brandgans als een inheemse diersoort en wordt ook op Europees niveau beschermd en mag dus niet zomaar geschoten worden. Daarom is beheer nodig.

 

HOE VOORKOM JE SCHADE

De brandgans mag worden verjaagd op basis van de provinciale vrijstelling. Om schade aan gewassen te voorkomen kan de agrariër visuele en akoestische middelen als vlaggen, flitsmolens, vogelverschrikkers, knalapparaten, nabootsing roofvogels en vogelafweerpistolen inzetten. Kijk voor meer informatie naar de preventiekit faunaschade (module ganzen) van BIJ12, Unit Faunazaken. Schade veroorzaakt door brandganzen wordt door BIJ12 vergoed, zie ook de matrix winterganzen.

 

WANNEER PREVENTIE NIET HELPT

Indien preventie niet afdoende is om schade te voorkomen kan, onder strengen voorwaarden, worden overgegaan op verjaging en afschot. Jaarlijks worden de brandganzen geteld zodat het beleid, zo nodig, kan worden bijgesteld. Verjaging en afschot is geregeld via vrijstellingen en ontheffingen:
 

  • Provinciale vrijstelling brandgans (winter): van 1 november tot 1 maart van een half uur voor zonsopkomst tot een half uur na zonsondergang mag bij (dreigende) belangrijke schade verjaging met ondersteunend afschot plaatsvinden op percelen met nog oogstbare akker- en tuinbouwgewassen en grasland alsmede direct aangrenzende percelen. Dit mag enkel mits daarvoor minimaal een akoestisch én een visueel preventief middel conform de voorwaarden van de preventiekit faunaschade (module ganzen) is ingezet. De provinciale vrijstelling is niet geldig in ganzenrustgebieden en op zon- en feestdagen, voor aanvullende restricties zie de provinciale vrijstelling.
  • Ontheffing populatiereductie brandgans (zomer): van 15 mei tot 31 oktober van een uur voor zonsopkomst tot een uur na zonsondergang mag ter voorkoming van ernstige schade aan gewassen afschot van brandganzen plaatsvinden.

Originele ontheffingen/vrijstellingen/opdrachten zelf zijn te allen tijde leidend. Hierboven genoemde voorwaarden zijn niet leidend en hier kunnen geen rechten aan ontleend worden. 

 

HET WETEN WAARD

  • De brandgans vliegt met een snelheid van 85 kilometer per uur.
  • Hij gakt met een geluid als een keffende hond.

 

MEER WETEN

- over aantal-, beheer- en schadecijfers binnen de provincie Utrecht: factsheets FBE Utrecht
- over de leefwijze van de brandgans gans: Vogelbescherming

- over aantallen en verspreiding van de brandgans gans in Nederland: Sovon

- over de trek van ganzen: geese.org