WAAROM BEHEER NODIG IS
In Nederland zijn veel meerkoeten. In de herfst en winter vormen ze grote groepen. Die trekken vanaf het water naar aangrenzende graslanden en eten het gras. Ze vertrappen gewassen en bevuilen akkers en weilanden met hun uitwerpselen. De vogels eten ook landbouwgewassen als granen en maïs.
HOE VOORKOM JE SCHADE
Het is toegestaan om de meerkoet te verjagen. Agrariërs kunnen akoestische middelen als kleppermolentjes, knalapparatuur, schriklint/-koord en ritselfolie inzetten om schade aan gewassen te voorkomen. Ook visuele middelen helpen om de vogels te verjagen. Denk aan flitsmolens, ballonnen en vogelverschrikkers. Met een laag flexibel raster van bijvoorbeeld landbouwdoek is te voorkomen dat groepen meerkoeten via het water het grasland op komen. Grondgebruikers kunnen via BIJ12 een verzoekschrift tegemoetkoming faunaschade indienen.
WANNEER PREVENTIE NIET HELPT
In Utrecht zijn er geen opdrachten, vrijstellingen of ontheffingen voor de bestrijding van schade van meerkoeten beschikbaar. In incidentele gevallen is het mogelijk om een ontheffing te verkrijgen. Vraag uw wildbeheereenheid (WBE) om advies.
HET WETEN WAARD
- Meerkoeten krijgen 2 tot 3 keer per jaar een nest kuikens van 5-10 jongeren.
- Een jonge meerkoet heeft een rood hoofd en gele halsveren.
MEER WETEN
- over de leefwijze van de meerkoet: Vogelbescherming.
- over de aantallen en verspreiding van de meerkoet in Nederland: Sovon